Bijgewerkt op 9 september 2024 door Marvin
In Nederland kennen we een aantal normen die aangeven of iemand voldoende actief is op lichamelijk niveau. Hiermee wordt (mede) bepaald of iemand fysiek gezond is of niet. Een hogere mate van lichamelijke activiteit leidt tot een betere fitheid en een betere gezondheid. Er zijn in totaal 3 beweegnormen die in Nederland veel gebruikt worden: de NNGB (Nederlandse Norm Gezond Bewegen), de Fitnorm en de Combinorm.
In dit artikel bespreken we deze 3 normen voor lichamelijke activiteit. Ook werpen we een blik op in hoeverre Nederlanders voldoen aan deze beweegnormen. Aan de hand van onze uitleg kan jij zelf ook bepalen of jij voldoet aan de criteria van één of meerdere van de Nederlandse sportnormen!
Nieuwe beweegrichtlijnen sinds 2017
In augustus van 2017 zijn de 3 beweegnormen onderzocht en gecombineerd tot 1 landelijke richtlijn van de Gezondheidsraad. Voor volwassenen en ouderen zijn dit de nieuwe richtlijnen;
- Bewegen is goed, meer bewegen is beter.
- Minstens 150 minuten per week matig intensieve inspanning (zoals wandelen en fietsen), verspreid over diverse dagen.
- Minstens 2x per week spier- en botversterkende oefeningen (krachttraining voor ouderen) in combinatie met balansoefeningen.
- Voorkom veel stilzitten.
Voor kinderen is de nieuwe richtlijn gezond bewegen als volgt;
- Bewegen is goed, meer bewegen is beter.
- Minstens elke dag een uur matig intensieve inspanning. Langer, vaker en intensiever bewegen geeft extra gezondheidsvoordelen.
- Minstens 3x per week spier- en botversterkende activiteiten (krachttraining voor kinderen).
- Voorkom veel stilzitten
Het grote verschil met de oudere richtlijnen voor bewegen is dat er niet meer wordt gefocust op dagelijkse beweging, maar op beweging verspreid over enkele dagen. Ook de toevoeging van krachttraining en balansoefeningen voor ouderen is toegevoegd.
Beweegrichtlijnen Kenniscentrum Sport & Bewegen
Hieronder zullen we de eerdere beweegrichtlijnen (NNGB, Fitnorm en Combinorm) nog even uitleggen.
3 Nederlandse beweegnormen (tot 2017)
In Nederland gebruiken we drie beweegnormen. Namelijk de NNGB, Fitnorm en Combinorm. Hieronder leg ik uit wat deze beweegnormen inhouden.
NNGB
De NNGB, ofwel de Nederlandse Norm Gezond Bewegen, is opgesteld in 1998 door het NOC*NSF, het RIVM, TNO, en de universiteiten van Amsterdam, Utrecht, Maastricht en Groningen (Kemper et all., 2000). De NNGB houdt in dat een volwassen persoon minimaal ½ uur per dag voor 5 dagen in de week matig intensief moet bewegen. Onder matig intensief wordt het bijvoorbeeld volgende verstaan:
- stevig doorwandelen of fietsen
- flink tuinieren
- het huishouden doen.
De activiteit moet een waarde van minimaal 4 MET hebben (later in het artikel wordt de betekenis van MET uitgelegd). De duur van de activiteit(en) mag verdeeld worden over de dag, zo kan een persoon bijvoorbeeld 3 keer 10 minuten fietsen op matig intensief niveau.
Voor jongeren (4-17 jarigen) is de NNGB net iets anders, namelijk: minimaal één uur matige intensieve (5+ MET) lichamelijke activiteit, 7 dagen per week waarvan 2 keer per week kracht-, lenigheid- en coördinatieoefeningen gedaan worden voor de lichamelijke fitheid.
Fitnorm
De Fitnorm geldt voor zowel volwassen als voor jongeren. Deze beweegnorm houdt in dat een persoon minimaal 3 keer per week een zware intensieve lichamelijke activiteit beoefent voor minimaal 20 minuten per keer. De norm is met name gericht op de fysieke fitheid wat betreft uithoudingsvermogen, coördinatievermogen en kracht (Kemper er all., 2000).
Combinorm
De derde en laatste van de beweegnorm die we behandelen in dit artikel is de Combinorm. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport hanteert de combinorm als uitgangspunt. Deze norm is een optelsom van de Fitnorm en de NNGB. Wanneer je aan één van beide normen voldoet, voldoe je aan de Combinorm (Kemper et all., 2000), het is natuurlijk beter voor de fysieke gezondheid om aan beide normen te voldoen.
MET-waarde voor activiteit
In het stukje over de NNGB kwam het al naar voren: de MET-waarde, de afkorting voor Metabolic Equivalent of Task. Met de MET waarde wordt aangegeven hoeveel inspanning een activiteit kost ten opzichte van het energieverbruik in rust. Zo krijgt slapen een MET waarde van 1, zitten een waarde van 1,3, fietsen met 15 km/h een waarde van 5,8, een competitief voetballen een MET waarde van 10,0 (Ainsworth et all., 2011). In principe is het vrij logisch: hoe fysiek zwaarder een activiteit, hoe hoger de MET.
Inactiviteit en sedentair gedrag
Tegenover actief staat het woord inactief, wanneer is een persoon dan precies inactief? Inactief ben je als volwassenen officieel als je op geen enkele dag 30 minuten matig actief bent. Als jongere ben je inactief als je niet 2 keer per week 60 minuten matig actief bent. (Hendriksen et all., 2010).
Met sedentair gedrag wordt gedrag verstaan met een zeer laag energie verbruik zoals slapen, tv kijken en zitten op het werk of op school. Jongeren van 4 tot 17 jaar wordt geadviseerd om niet meer dan 2 uur per dag te computeren en/of tv te kijken. Voor volwassen bestaat er echter nog geen advies met betrekking tot dit sedentaire gedrag.
Ondanks dat sedentair gedrag en inactiviteit erg veel op elkaar lijken, zijn het 2 verschillende begrippen. Een persoon die erg actief is en aan de bovenstaande beweegnormen voldoet en daardoor niet inactief is, kan toch sedentair gedrag vertonen. Door bijvoorbeeld een half uur tot een uur per dag te sporten maar de rest van de dag tv te kijken, is een persoon actief maar vertoont deze toch sedentair gedrag.
Voldoen Nederlanders aan de beweegnormen?
Onderzoek uit 2019 laat zien dat bijna de helft van de Nederlanders voldoet aan de beweegrichtlijnen van de Gezondheidsraad. Helaas haalden jongeren tussen de 12 en 18 jaar én 65 plussers de richtlijnen minder vaak. Hieronder zie je de onderzoeksresultaten van het CBS en RIVM. Verder naar beneden zie je de cijfers voor de beweegnorm uit 2015.
In de onderstaande tabel (CBS & RIVM, 2015) zijn de Fitnorm, NNGB en Combinorm weergeven in verschillende kleuren. De gele balk is voor jongeren van 12-17 jaar, de blauwe voor volwassen van 18-54 jaar en de groene voor 55+. Per norm wordt er in percentages aangegeven in hoeverre de verschillende leeftijdsgroepen aan de norm voldeed in 2015. In 2015 voldeed meer dan de helft van de bevolking (55%) aan de NNGB. Het verschil hierin tussen mannen en vrouwen is minimaal.
Beweeg jij genoeg?
Om lichamelijk gezond te zijn is het dus belangrijk om voldoende te bewegen. Dit is te meten met de NNGB, de Fitnorm en de Combinorm, de beweegnormen die door de Nederlandse overheid worden gehanteerd. Uiteraard gaat algemene gezondheid gepaard met gezonde voeding en mentale gezondheid. In hoeverre voldoe jij aan de 3 besproken beweegnormen?
- Vegetarische noedelsoep met tofu - 25 april 2017
- Aspartaam kankerverwekker of onschuldige smaakmaker? - 11 april 2017
- Alcohol en onze gezondheid - 14 maart 2017
Bronnen
- Ainswort B.E., Haskell W.L., Herrmann S.D., Meckes N., Bassett D.R. jr., Tudor-Locke C., Et all. (2011). Compendium of Physical Activities: a second update of codes and MET values. Med Sci Sports Exerc.
- CBS., R.I.V.M. (2015). Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor. Opgehaald van: https://www.volksgezondheidenzorg.info/onderwerp/sport-en-bewegen/cijfers-context/huidige-situatie#node-beweeggedrag-0
- Kemper H.G.C., Ooijendijk W.T.M., Stiggelbout M. (2000). Consensus over de Nederlands Norm voor Gezond Bewegen. Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen.
- Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (2014). Normen van lichamelijke (in)activiteit. Nationaal Kompas Volksgezondheid.
- NISB – Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen